Wanneer ik een veranderproces op school in gang wil zetten dan stap ik op een kistje en vertel een verhaal. Een verhaal als beeld van de nieuwe toekomst, met voorstellingen over wat ik zie als ik straks de deur van de school opentrek. Zo’n verhaal prikkelt de verbeeldingskracht en helpt om zicht te krijgen op waar we gezamenlijk naar verlangen. Het is een eerste stap om medewerkers in je school te inspireren, richting te geven en hen zo ruimte te laten voor een eigen aanpak.
Echter, in de nieuwe situatie is er geen ruimte meer voor specifiek huidig gedrag. Daarom baken ik de ruimte voor medewerkers op weg naar die nieuwe situatie af door aan te geven wat ik niet meer wil. Wanneer ik vooraf aan zou geven wat wel acceptabel is, is dat ook meteen de enige mogelijkheid. Door heldere un-values te communiceren creëer ik opnieuw ruimte waarbinnen veilig gespeeld kan worden. Met un-values kan ik gericht sturen op heldere criteria, maar blijf ik uit de concrete oplossing.
De un-values voor het proces naar Agora logen er niet om: geen lessen, geen lesrooster, geen homogene groepen, geen curriculum als start van een leerproces, kinderen niet gelijk behandelen, kinderen niet met elkaar vergelijken.
Welke ervaring heb jij met het stellen van un-values in je school?